31 maart 2014

Natuurschoon

Prachtig, weergaloos, ongekend, mooi ... natuurschoon went nooit en verveeld niet.
Opnieuw een prachtige rit vandaag. We worden omgeven door prachtige bergen en een dichte groene oerwoudmassa.


De stammen van de bomen zijn meters dik en er hangen lianen naar beneden waarop je kunt schommelen. Me Tarzan, you Jane.
Daarbij ... we fietsen op een strakke asfaltweg. Na gisteren een verademing. Lijf en materiaal hebben toen flinke opdonders moeten incasseren. De weg is glooiend. Soms een klimmetje, soms een afdaling en soms gewoon lekker fietsen. Heerlijk.


We signaleren ook een nieuwe trend: op de brommer je jas verkeerd om aan. Wij moeten al helemaal niet aan een jas denken en waarom zou je hem andersom aandoen? 
De dorpjes die we passeren hebben nog zichtbaar profijt van de electriciteitscentrale. De meeste huizen zien er netjes uit en ook de scholen lijken verzorgd. Jammer dat er in Laos niet iets van een vuilophaaldienst is en dat opruimen niet in de aard van de Laotianen zit. 
Ineens loopt de weg stijl omhoog. We zullen er aan moeten geloven. Na elke haarspeldbocht volgt weer een steil stuk stijgende weg. We passeren een bordje met de waarschuwing dat we 9% moeten klimmen. Evenlater eenzelfde bordje maar dan met het getal 12. De brommers die ons tegemoet komen, met de jas verkeerd om aan, slaken verbaasde kreten. 
We hebben al een aantal keren schuin omhoog gekeken. Hoog boven ons ligt de top. Heel gestaag klimmen we door. Het dorpje dat wij vandaag als doel hebben ligt aan de andere kant van deze 'bult'. Uiteindelijk bereiken we de top en dan volgt de afdaling. Heerlijk! Met een behoorlijke vaart suizen we naar beneden. 
We komen langs het toeristenbureau en besluiten dat even aan te doen. Iedereen daar is in diepe rust. Twee dames liggen op een dekentje op hun bureau! Helaas geen woord Engels. Er wordt wat heen en weer gebeld en via de telefoon krijgen wij onze informatie. We vinden een mooi guesthouse ... 'English spoken'. Dan volgt er een soort vast stramien van fietsen schoonmaken, douchen, fietskleding uitspoelen en meestal volgt iemand van ons gezelschap dan de gewoonte van de Laotianen.



30 maart 2014

Hobbel de bobbel

Van Tha Lang naar Laksao

Vanacht is de electriciteit uit gevallen. We hebben het daardoor erg warm gehad: geen ventilator. 
We fietsen in alle vroegte door een heel bijzonder landschap. Het waterreservoir van de elektriciteitscentrale is een desolaat landschap.


Langs de randen van het water groeien prachtig groene bomen, hoog wuivend riet 


en kleurrijke bloemen. In het water staan de dode staken van de bomen. Toch, als de opkomende zon daar doorheen schijnt is dat een prachtig gezicht. 
De weg is verschrikkelijk slecht. 



Dat hadden we al begrepen uit verschillende verhalen. Een Franse mountainbiker die we gisteren troffen - werkzaam bij de elektriciteitscentrale - zei 'rough but manageable'.
De weg is geplaveid met dikke keien. Je wielen schieten daar steeds op weg. Dus constant uit balans en corrigeren. Als de weg wat hol is schuif je vanzelf mee naar beneden. Daar liggen dan ook alle kleine steentjes en daar zak je dan weer in weg. Wel eens in een bak grind gefietst ... dat idee! Helaas houden we dit wegdek de volle 60 km. Tel daarbij het opwaaiende stof. Conclusie: een zware tocht vandaag! 
We drinken in een klein dorp een kop koffie. De bekers die op tafel staan en waar het zakje nescafe in zou moeten zijn zo verschrikkelijk vies dat we onze eigen mokken er bij pakken. Dit zijn opvouwbare exemplaren. We maken er een klein showtje van. Grote ogen en schaterlachen.


Mooie momenten. We hebben alle aandacht nodig voor de weg dus moeten we regelmatig stoppen om te kijken en te genieten van al het moois dat ons omringt: schitterend gebergte en dikke jungle, kleine dorpjes en enthousiaste mensen.
We vinden in het dorp Laksao een hotel. Eerst moeten we zoals bijna gebruikelijk iemand wakker maken. Een luidkeels 'sabaidee' werkt vaak prima. Drie dames die achter een muurtje op een bank liggen te slapen schrikken enorm van ons. De kamer wordt geïnspecteerd en goed bevonden.
Op de markt eten we een heerlijk stukje kip en ook de dorst wordt gelest.
Een prachtige dag maar zwaar ...

Tha Lang

Van Mahaxai naar Tha Lang village

Nadat we onze bidons gevuld hebben met lekker fris water, fietsen we om 7 uur weg. We wijzen elkaar de prachtigste 'puisten en puistjes' aan. Deze bergen zijn een heel aparte ervaring. Geweldig!! We nemen alle tijd om foto's te nemen en te genieten van al het moois dat ons omringt. 


We worden gepasseerd door vrachtwagens die in convooi rijden. Voorop een wagentje met een bord hoeveel vrachtwagens volgen en dan de grote jongens met gigantische opleggers. Het verkeer is redelijk rustig in Laos. Geen onnodig getoeter, geen levensgevaarlijke inhaalmanoevres; men heeft respect voor alle weggebruikers.
De dorpjes die we passeren hebben Harry Potterachtige plaatsnamen zoals Gnommalath. Daar doen we op de markt trouwens goede zaken. We slaan wat fruit, twee broodjes met beleg en vier kleine zoete kokosoliebollen en pasteiachtige koekjes in. We zien ook nog springrolls die net uit het vet komen. Hmm!! Het is allemaal even lekker en we verbruiken veel energie dus dat is geen probleem. Het aantal kilo's dat we mee moeten torsen wordt steeds minder. Er is bijna niet tegen aan te eten.
We komen bij het visitor centre van Nam Theun. Een enorme elektriciteitscentrale. We krijgen een informatieve en leuke uitleg. De rivier de Nam Theun is afgedamd. Het gebied rondom de rivier is tot reservoir omgedoopt. Dit verschrikkelijk arme gebied en zijn bevolking heeft steun gekregen betreffende nieuwe huisvesting, onderwijs en gezondheid. Klinkt allemaal mooi ...
Meteen na het bezoek aan dit informatie centrum moeten wij op de pedalen. 


Een relatief niet heel lange klim - 6 km - maar wel 12% stijgen. Boven gekomen hebben we een prachtig uitzicht op het waterreservoir. Wetlands.
We drinken een heerlijk koude Pepsi en eten ons broodje, verpakt in een stukje vetvrij krantenpapier. Wat drukinkt meer of minder ... Het smaakt ons voortreffelijk.
Dan is de weg er een van stijgen en dalen. Eerst redelijk geasfalteerd met grote kiezels, dan alleen met teer. De kleine steentjes spatten hoog op; we zitten er onder. Onze kuiten en de fietstassen zullen snel een behandeling met wasbenzine nodig hebben. Tenslotte een lekker strakke aangestampte zandweg. 
We dachten dat de laatste accomodatie voor Laksao vrij snel na het dorpje Nakai zou komen maar we fietsen en fietsen en zien niets. We zijn al bang dat we er aan voorbij gefietst zijn. We houden een brommer aan die ons verzekert dat we toch nog even door moeten fietsen. Dan zien we een guesthouse. VOL!! Nee toch! Ja, 'tonight' VOL!
Er is nog een guesthouse en daar kunnen we gelukkig wel terecht. Als wij het ophangsysteem van de douche repareren dan krijgen we 'discount'. Iedereen tevreden!
's Avonds is er een bbq voor alle gasten. (en Sarah: appeltaart toe!! Yes!!!) 
Een zeer gemêleerd en internationaal gezelschap. We maken een praatje hier en een praatje daar. Iedereen wisselt informatie uit en vergaard informatie. Hartstikke leuk!  



Karstgebergte

Van Thakhek naar Mahaxai.

Als we wegfietsen zitten er al veel dames langs de kant van de weg met eten voor de monniken. Al vrij snel zien we er 6 op een rijtje lopen. Vanaf een afstandje aanschouwen we het geven en ontvangen van eten en de bedankjes die daar bij horen. Voor ons een mooi ritueel om te bekijken. 


We hebben ergens gelezen dat het leven van deze monniken redelijk zwaar is. Als binnen een gezin geen financiële middelen maar wel het intellect aanwezig is, dan gaat de betreffende jongen zolang als zijn studie duurt, het klooster in. 's Ochtends moeten de monniken eerst eten 'ophalen' en daarna aan de studie en de filosofie van Boeddha. Er wordt twee keer per dag gegeten in het klooster. We hebben al een aantal keren heel wereldse monniken gezien met laptop, i-phone op de brommer en met een sigaret in de mond.
Het plan is om de komende dagen 'the loop', een rondje door de Khammuan en de Bolikhamsai provincies te fietsen. We komen dan door het karstgebergte. Er schijnen hier ook prachtige grotten en heerlijke zwemplekjes te zijn.
Nog maar net buiten de stad zien we het eerste bord richting een grot: Xang Cave. Er heerst nog diepe rust. 


Geen mens te bekennen wel ossen, kippen en waterbuffels. We houden ons keurig aan de regels en kleden ons in een sarong zoals gevraagd op de bordjes. 
Als we weer beneden komen worden we opgewacht door een oud mannetjes met twee kaartjes in de hand. 'Money, money': we moeten betalen. 
We fietsen door en komen bij de Xieng Lieb Cave. Een meneer heeft het op zijn manier ontzettend druk met ons instrueren: zet de fietsen hier maar, o nee toch maar daar. Kom maar, hier langs. O,o jullie willen de fietsen verder meenemen. Veel gedoe maar het heeft allemaal weinig om het lijf. We kunnen het namelijk prima zelf vinden, weten heel goed waar we de fietsen willen achterlaten en hebben zelf een zaklantaarn bij ons. De goede man spreekt bovendien geen woord Engels. Hij blijft bij ons en geeft ons wel een mooie rondleiding door de grot. 


We gaan zelfs door het water voor de mooiste views. Als we weer bij de fietsen komen vertelt hij z'n prijs. Helaas voor hem ligt die een stuk hoger dan wat wij voor zijn gidsen willen betalen. Hij mokt als een klein kind met de armen over elkaar.
Het landschap is weergaloos. Prachtige rotsformaties. Dit overtreft misschien wel alles wat we tot nu hebben gezien. De bergen zoals wij die 'kennen' lopen langzaam omhoog. Die bergen hebben pieken, dalen en kammen. Deze bergen rijzen ineens steil omhoog, hebben een piek of soms een aantal piekjes (en het is nog lang geen kerst) en dan gaat het steil naar beneden. Een dikke puist. Prachtig!!




Iedere bocht levert adembenemende plaatjes op. We stoppen dan ook heel regelmatig voor een foto. Dat is nog best lastig want of er komt een auto aan of de electriciteitspalen staan danig in de weg. 
De meeste huizen zijn aangesloten op het lichtnet. De tl-balk is gemeengoed. Het lampenkapje daarentegen weer niet. Het toppunt van gezelligheid hier is de spiraalvormige spaarlamp.
Toch kunnen we een paar mooi foto's maken.


Bij een prachtig meer Tha Falang drinken we koffie. 


Er hangen wat mensen rond die ons een glaasje zelfgestookte LaoLao (rijstwhisky) aanbieden. Nog maar niet!
Precies 'op het goede moment' komen we een watermeloenkraam tegen. We nuttigen in de kraam een vakkundig klaargemaakte meloen. We moeten zwaaien en praten tegen de kleinste kinderen tot er een lachje afkan. Mooi, eerst grote verlegen bruine kijkers waarin een tijdje later sterretjes verschijnen.
We vinden een prima guesthouse. Volgens de omschrijving in de Loney Planet basic maar voor ons vandaag goed genoeg. Vergane glorie, slecht onderhouden maar wel schoon. We hebben het minder gehad.
Een douche, een wasje en een koud drankje daarbij het nagenieten van alle prachtige uitzichten vandaag ...

De dag krijgt nog een leuk staartje als we in het letterlijk aanpalende restaurant wat te eten willen bestellen. Geen woord Engels. Ons Laotiaans wordt niet begrepen. We spelen weer pictionairie. Er worden wat zakje uit de vriezer gehaald maar helaas ondefinieerbaar.Tenslotte trekken we de koelkasten open en wijzen aan wat we willen eten en hoe we het graag klaar gemaakt willen hebben. De geur die daarna uit de keuken komt beloofd veel goeds. We worden nog een paar keer naar de keuken geroepen om te laten zien wat er staat te pruttelen. Het smaakt uiteindelijk heerlijk! 
En ... helemaal speciaal voor ons gaat de karaoke aan. Joepie!!

27 maart 2014

Thakhek

Een dagje Thakhet

We willen vandaag wat zaken regelen en besluiten dat vanuit een andere guesthouse wat dichterbij de 'stad' te organiseren. Het valt nog niet mee iets anders te vinden maar de aanhouder wint. Uiteindelijk hebben we een keurig schoon en heerlijk rustig onderkomen.
We mogen een wasje draaien. Fijn want na al die minder frisse onderkomens is het lekker als de 'lakens' een keer echt gewassen worden. Daarbij zijn er wat spullen nat geworden onder in de bus. Er heeft iets gelekt en het ruikt wat visachtig. Een geweldige bijkomstigheid dus. Normaal maken we een sopje in de wasbak maar zonder stop, met lekkende sifons, kranen die los zitten is dat nog best een hele klus. Een mens kan het dus zelfs tijdens z'n vakantie druk hebben met huishoudelijke bezigheden.
We bezoeken de toerist information en krijgen een helder beeld van het te fietsen rondje. Het lijkt ons geweldig. Men beloofd prachtig natuurschoon maar er moet wel voor 'gewerkt' worden.
We doen wat inkopen betreffende 'krachtvoer'. Veel daarvan nemen we mee in gedroogde vorm: vruchten, noten en droge crackers.
We eten aan de rand, van de nog steeds dezelfde, Mekong een heerlijk stukje kip met sticky rijst en groente. Hoe improvesorisch de kookgelegenheid ook is het eten smaakt ons iedere keer weer heerlijk.
We laten ons zakken op een terrasje en nemen een heerlijk Laobiertje 


en een verrukkelijke fruitshake. Ondertussen leggen we contact met het thuisfront.

26 maart 2014

De locale bus

Van zo'n 50 km voor Pakse naar Tha Khaek.

De wekker staat vroeg. We willen beslist niet langer dan nodig in dit hok blijven. Bah, wat een vieze smeerboel! Tja soms tref je het en soms moet je even slikken. Gelukkig hebben we eigen 'lakens, sarongs en kussenslopen' bij ons. Dat is in dit soort gevallen een uitkomst.
Nog maar net op de fiets treffen we een stel Canadese fietsers. We wisselen wat informatie uit en dan gaat ieder zijns weegs. Wij hoeven niet al te ver. Om half 10 zitten we in Pakse aan de koffie. We steken ons licht op bij de toerist information. We willen graag een trek doen in Xe Pien NP. We beslissen, na de nodige informatie te hebben gekregen, dit toch niet te doen. We zijn hiervoor niet voldoende uitgerust. We hebben geen rugzak bij ons en ook onze schoenen voldoen niet echt voor een jungletrek. 
We smeden nieuwe plannen en besluiten de bus te nemen en dan net boven Savannakhet uit te stappen. Daar willen we een rondje van een paar dagen fietsen langs verschillende grotten, meertjes en limestonegebertgte.
Het busstation is echter onvindbaar. Er wordt aan de weg gewerkt en op de plaatst waar het busstation zou moeten liggen is een bouwput. Vragen levert alleen schouder ophalen op. Wij zijn op zoek naar een groot terrein waar allerlei bussen staan. Uiteindelijk vinden we een ticketbureau naast een hotel: het busstation. Onze bus vertrekt al over een half uur. We kopen snel een broodje, kleden ons om en maken een tasje klaar voor onderweg. Dan komt de bus aanrijden. De fietsen verdwijnen binnen no. time boven op het dak en de tassen gaan onderin. 


Ieder uur stopt de bus even: plaspauze. De bus stroomt dan vol met dames die allerlei etenswaar aanbieden: geroosterde platgeslagen kip, zakje krekels, geschilde mango, water en allerlei ander drinken.
Om 9 uur 's avonds zijn we pas op de plaats van bestemming. De fietsen komen ongeschonden van het dak! Tja en dan moeten we in het stikke donker op zoek naar een plekje voor de nacht. Alle knipperverlichting die we bij ons hebben gaat aan. We nemen het eerste guesthouse dat we tegen komen. Beetje gribusbuurt maar schone witte lakens!!

Don Det guesthouse Mr Vai

Gisteravond hadden we al afgesproken dat Vai, de eigenaar van ons guesthouse, ons met zijn boot naar het vasteland zou brengen. 
We hebben het heerlijk bij hen gehad! Een keurige bungalow, uitzicht op de Mekong, heerlijk eten en allerlei extra kleinigheden zoals een bordje fruit, een hapje bij ons drankje of een gezellig praatje in moeizaam Engels. Als internet niet werkt nemen ze de telefoon ter hand of stappen met alle apparatuur op de brommer en even later kunnen wij skypen, mailen of whatsappen. Dit jonge ondernemende stel kan wel wat support gebruiken dus hierbij: guesthouse Mr Vai, sunrise site, Don Det.


We krijgen alle goede wensen in de vorm van een armbandje mee en zijn daarmee 'verbonden aan elkaar' en gaan dan letterlijk: in de boot. 



Als we het vaste land bereiken en op de fiets stappen blijkt de batterij van de kilometerteller leeg te zijn. Oei, dat wordt koffiedrinken op gevoel want een nieuwe batterij is voorlopig niet te koop. Dit is tenminste wat we uit de handgebaren en lichaamstaal van de verschillende verkopers denken te begrijpen. 
We fietsen langs de doorgaande weg richting Pakse. De weg is rustig en mooi geasfalteerd. Aan de ene kant van de weg zien we af en toe een glimp van de Mekong. We hebben na alle ervaringen van gisteren diep respect voor deze machtige rivier. Hij ontspringt hoog in de bergen van Tibet en stroomt ruim 4000 km verder in de Zuid Chinese Zee. In het regenseizoen is de Mekong ter hoogte van de 4000 eilanden 14 km (!!!!) breed.


De andere kant van de weg kent indrukwekkende bergen van het Xe Pian NP. Na een dikke 90 km hebben we het wel gehad. Een guesthouse is nog niet zo makkelijk te vinden. Weinig dorpjes en als we wat tegenkomen is het zo ontzettend vies! Het is niet te geloven dat dergelijke 'kamers' worden aangeboden. Wat een smeerboel!! We zijn echt niet de meest verwende personen op dat gebied en we menen dat we ons prima weten aan te passen maar dit is echt een grens te ver. Net als we besloten hebben door te fietsen naar Pakse, nog zo'n 50 km komen we toch nog een guesthouse tegen. We besluiten te blijven ondanks dat het hier ook alles behalve schoon, netjes en gezellig is.
We missen de rust en de gemoedelijkheid van Mr. Vai's guesthouse. Keiharde muziek en men doet geen moeite ons te begrijpen of het ons naar de zin te maken en het restaurant serveert vandaag geen eten ... Even later begrijpen we hoe het zit als we enkele heren met jonge dames in de kamers zien verdwijnen. Zo'n tent dus ....

24 maart 2014

Armspieren

Kajaktour 

De mooie dagen rijgen zich aaneen. De ene dag is mooi door een indrukwekkende excursie, de andere dag blinkt uit doordat de route die we fietsen zoveel natuurschoon kent, weer een volgende dag hebben we een prachtige ontmoeting. Vandaag een combinatie van allerlei leuke activiteiten. De beenspieren krijgen rust, de armspieren moeten worden gebruikt! We doen een kajaktour!
We moesten ons vanmorgen melden bij het guesthouse van Mr Mo. Daar kregen we een heerlijk ontbijtje: kopje Laokoffie en een baquetje met een roerei. 


Er werden zwemvesten uitgedeeld en we kregen allemaal een waterdichte zak. Daarna was het instappen geblazen en met de stroom mee, wegpeddelen op de grote Mekongrivier. Het was prachtig. Wat een brede rivier en wat een eilandjes. De waterbuffels zoeken al verkoeling in het, af en toe behoorlijk snelstromende, water. Na een stief kwartiertje peddelen gaan we aan land. We lopen naar een waterval: Phi Li. Erg mooi. Op een gegeven moment neemt onze gids een aanloop en springt met trainingspak en al in de waterval. Tja dan kun je als groep niet achterblijven. Een voor een duiken we in het water. De temperatuur is heerlijk. 



Na een tijdje lopen we kletsnat achter de gids aan door de rijstvelden naar een punt waar we gaan lunchen. Daar is een prachtige stroomversnelling. Dus voor het eten eerst nog even lekken zwemmen, dobberen en je mee laten voeren door de stroom.
Er zijn wat spiesjes kip met groente voor ons op de bbq klaargemaakt en er is voor iedereen rijst en watermeloen.
Dan stappen we weer in de boten en gaan we op weg naar de grens van Laos en Cambodja. In dit deel van de Mekong schijnt de Irrawaddy dolfijn te leven. We zijn nog maar net aan het rondkijken of we horen gesnuif en zien de rug van een dolfijn. Geweldig!!! Een motorboot verstoort de rust en weg is de dolfijn. We dobberen een tijdje, peddelen rustig wat heen en weer en opnieuw horen we de dolfijnen eerst voor we ze zien. We zijn onder de indruk! Geen flipperachtige sprongen maar een mooie golvende rug boven water. Prachtig.
We moeten door. Jammer maar op naar het volgende spectakel. De Pha Pheng waterval. Hier storten miljoenen liters water van de Mekong omlaag. Het is een indrukwekkend schouwspel; niet zozeer wat de hoogte betreft maar het is een enorm brede waterval. Wat een water, wat een geweld, wat een kracht. We worden meegenomen naar een rustiger stukje. Weer neem de gids een duik en kruipt onder de waterval door. Natuurlijk volgen wij allemaal braaf. Wat een kracht heeft zelfs dit kleine stroompje. We kunnen nauwelijks op de been blijven. We spelen als een stel kleine kinderen. Heerlijk! De gemiddelde leeftijd is door onze aanwezigheid wel aardig omhoog getrokken maar we klieren net zo hard mee.




Dan moeten we nog een keer in de boot om terug te keren naar het beginpunt. Er worden mailadressen uitgewisseld en dan gaat ieder zijn weegs. Wij vonden het zeer geslaagde dag!!

23 maart 2014

Don Det en Don Khon

Een eilanddagje

We willen vandaag 'de tweeling-eilanden' verkennen. Het eiland waarop we slapen, Don Det is met een bruggetje verbonden aan het iets grotere eiland Don Khon. 
We fietsen Don Khon linksom en proberen zo dicht mogelijk langs de Mekong te blijven. We komen door hele kleine dorpjes en door de jungle. Het is geweldig om hier te fietsen. Af en toe moeten we, met gevaar voor eigen leven is overdreven maar ... het zijn wankele en gammele gevallen die hier voor brug moeten doorgaan. 
We komen bij een touwbrug. Daaronder een woeste stroom. 


De bamboebomen zijn zo hoog dat ze doorbuigen onder hun eigen gewicht en zo prachtige 'poorten' vormen. 



Er is geen mens te bekennen. Alleen twee fietsers uit Assen.
Op het zuidelijkste puntje van Don Khon is een dorpje met een terrasje. We drinken een kopje koffie en genieten van het uitzicht daar. 



We zien het stereotiepe voorbeeld van een onbewoond eiland. Een stukje strand met daarop een palmboom. We overwegen even voorgoed te verhuizen maar een palmboom is net te weinig: we kunnen de hangmat niet ophangen ...
Het wordt ondertussen erg warm. We fietsen terug naar 'ons' eiland en kopen wat broodjes, ook brengen we de koffievoorraad weer op peil. Ondanks dat we genieten van de gezoete koffie op de verschillende terrasjes heeft een bakkie zwarte koffie toch onze voorkeur.
Volgens alle reisgidsen verloopt het leven op deze twee eilanden nog trager dan de stroom van de Mekong en hoor jij je tempo daarop aan te passen. We fietsen terug naar ons bungalowtje 


en voegen de daad bij het woord: een power nap in de 'hammock' en een dutje onder de draaiende fan; een heerlijke mangoshake onder handbereik. Het eiland kent een hoog hippie gehalte: veel dreads, en veel happy food.
Als de zon begint te zakken stappen we weer op de fiets. Don Det moet nog aan een kant verkend worden en we willen voor morgen een kajaktour boeken. Tijdens de tour komen we dan langs de twee watervallen hier: de Li Phi en de hele grote Pha Phengfall. Via deze laatste waterval stroomt de Mekong Cambodja binnen. We kajakken ook nog in het leefgebied van de Irrawaddy dolfijnen!
We genieten aan de sunset kant van Don Det van de zon die prachtige achter een van de 4000 eilanden in de Mekong 'verdwijnt'.


22 maart 2014

Vierduizend eilanden

Van ...?... naar Don Det

Als we wakker worden zien we dat het vannacht geregend heeft. De stoffige wegen zijn of nog steeds stoffig of veranderd in modderpoelen. In het natte seizoen moet het een drama zijn langs en op deze wegen.


Wij fietsen vrolijk weg. Het is laveren tussen hobbels, kuilen en modderpoelen door. Af en toe worden we gepasseerd door een brommer. De dames zitten in amazonezit achterop. Regelmatig verliezen ze een slipper of muiltje en moet er omgekeerd worden.
We komen bij een oversteek van het vaste land naar Don Khong. Er ligt een minibootje maar de veerman is in geen velden of wegen te bekenen. We zien zijn hangmat, we zien wat overhemden maar verder: geen mens. We vragen een jongen of hij ons over kan zetten. Heftig geschud en zuslief wordt er op de fiets opuit gestuurd. Als de kapitein is gevonden en gearriveerd steken we de Mekong over.


Don Khong is een mooi en vriendelijk eiland. We fietsen van noord naar zuid en opnieuw treffen we een mini veerbootje. Deze is gefabriceerd van twee boten naast elkaar met een plankier erop zodat er meerdere fietsen en brommers op kunnen. Een soort catamaran. We komen nu op Don Som terecht. Hier zijn geen wegen meer maar moeten we het doen met geitenpaadjes. Dit eiland wordt door de toeristen, onterecht, overgeslagen. Het is er prachtig!! De kinderen maar ook de volwassenen zijn super enthousiast als we voorbij komen.
Het leven verloopt hier op dezelfde manier als op het vasteland. Na de klok van 10 uur wordt er zo'n beetje collectief geslapen. De dames kruipen bij elkaar op een groot bamboebed onder het huis. Er wordt gekletst, geslapen en met de allerkleinste kinderen gespeeld. De mannen doen hetzelfde maar dan bij het huis van de buurman. Zij roken een sigaretje en hebben het vast over de nieuwste brommers. Die staan in grote getalle voor het bamboebed.
Nog maar sinds kort is de opiumwetgeving van kracht in Laos. Van horen zeggen: de Laonezen waren zelf enthousiaste afnemers. 
Het is zaterdag dus de kinderen hebben vrij van school. Ze zijn druk in de weer met het vangen van insecten, hagedisjes en nemen, als ze het van al die inspanningen warm hebben gekregen, een duik in de Mekong. Regelmatig zien we een groepje drijfnatte kinderen lopen.
Er wordt in dorpjes druk getimmerd, gezaagd en gebouwd. Met een kind en een kettingzaag tussen de benen rijden de brommertjes van hot naar her. Soms zien de bouwwerken, er in onze ogen, mooi en professioneel uit. Soms zien we een ernstig gevalletje van 'help mijn man is klusser'. 
In bijna de meeste van de door ons bezochte guesthouses of hotels was de afvoer van de wasbak ronduit slecht of gewoon niet aanwezig. Alleen een losse wasbak, alles spettert gewoon lekker op de vloer. Alles went maar toch ...
We fietsen ook het eiland Don Som helemaal van noord naar zuid over. We zien een kudde waterbuffels de oversteek van het ene eilandje naar het andere maken. Een mooi gezicht. Het ziet eruit alsof ze het hoofd maar net boven water kunnen houden.


Ook nu weer met een minicatamaran naar Don Det. Dit is voor vandaag ons einddoel. Dit eiland schijnt het Mekka voor backpackers. Waarom dit eiland wel en het vorige niet -> onduidelijk. Langs de Mekong een groot aanbod van guesthouses en bungalows. We bekijken er een paar en vinden dan een bungalowtje naar onze zin. De eigenaar vertelt dat hij pas drie maanden open is en zo ziet het er ook uit. De douche lauw maar de wasbak netjes aangesloten!!
Bij onze pineappleshake krijgen we een heerlijk met kokos en honing gezoet rijst'dingetje' in bananenblad. 

Westbank Mekongriver

Van Champasak naar ...(?) ... richting Don Kong

Om 6.15 uur vertrekken we. We hebben dan al extra water ingeslagen en alle onderdelen van de fiets staan dik in de olie.
Het rommelt wat in de lucht en net als wij de geasfalteerde weg verlaten vallen er enkele druppels. Het ziet er niet echt dreigend uit maar we besluiten toch de regenzakken over de fietstassen te doen. We schuilen even onder een mangoboom, maken een praatje met iemand die Engels van de nonnen heeft geleerd, groeten Jan en alleman en dan gaan we weer. Het zonnetje schijnt, de lucht is blauw, de temperatuur heerlijk en we zitten weer lekker op de fiets.
Het is een geweldige route die we fietsen. Over stof paden en stof paadjes, door hele kleine stoffige dorpjes, dan weer opeens door een iets groter maar wederom zeer stoffig dorp. 


We nemen het vandaag niet zo nauw betreffende onze eigen 'regeltjes' als we om 8 uur op een mooi, schoon terrasje aan de Mekong bij een oud mannetje een kopje oploskoffie drinken. Natuurlijk 3 in 1: koffie, melk en suiker. Hij vertelt een heel verhaal over z'n kleinkind. Dat is tenminsten wat wij er van maken. Wij vertellen hem dat we een geweldige reis maken. Aan beide kanten wordt er instemmend geknikt. We betalen 20 eurocent en krijgen een handdruk toe. Prachtig. 


We vervolgen onze route en proberen zo dicht mogelijk langs de Mekong te blijven fietsen. We zien verschillende vrouwen langs de weg zitten met een rieten mandje sticky rijst. Zij wachten tot de monniken met hun bedelnappen langs komen. Een mooi gezicht. De vrouwen op hun knieën, de handpalmen tegen elkaar op ooghoogte en de monniken die een prevelementje houden. 
Af en toe moet er een zijarm worden overgestoken.
De bruggetjes zijn soms van staal, soms van hout en soms zijn het touwbruggen van bamboe. 




Regelmatig ligt er een plank los of er ontbreekt er een. Lang niet alle spijkers zijn tot de kop in het hout geslagen en ook mist regelmatig de leuning. Kortom, het oversteken van een zijarm is bij tijd en wijle een hachelijke onderneming. 


Aan alle kanten horen we eerst een langgerekt oooooooo en dan sabadieeee. Veel gelach, veel gezwaai en de kleinste kinderen rennen naar de weg voor een high five of voor oogcontact. Als we stoppen om een foto te nemen loopt het dorpje uit. Zeker als we aan het meest verlegen jongetje vragen of hij een foto met onze camera van ons wil nemen. Camera om de nek, instructies: knip maar raak op dit knopje en dan fietsen wij bij hem vandaan. Je ziet het mannetje groeien. 


De dames knijpen eens in onze armen en aaien over onze benen. De hoofden worden geschud en er volgt een heel verhaal. Wij knikken begrijpend en antwoorden dat we het helemaal met ze eens eens. Dan wijzen we in de richting van waaruit we komen en zeggen Champasak en dan wijzen we waar we naar toe gaan met de woorden Don Kong. Dat vindt men geweldig. Dat wordt begrepen. Ze knikken, we gaan de goede kant op of dat is wat wij er van maken. We zwaaien nog een keer en fietsen of hobbelen eigenlijk verder.
We drinken nog een kopje koffie, eten een bord fruit en bestellen een pannenkoek voor tussen de middag. Die laatsten gaan in plastic bakjes mee.
We komen tot de conclusie dat de route die we fietsen misschien wel de mooiste van de hele reis, tot nu toe, is. Alhoewel, naar Dalat was ook mooi ... en dat hele kleine paadje door de rijstvelden ... en de Wolkenpas ... en ...
We komen langs allerlei scholen. Men kent hier vast geen registratie handelingsplannen, rugzakleerlingen of inspectiebezoek. Soms bestaat het lokaal maar uit drie muren. We mogen foto's maken. Een hoog giechelgehalte! 



Sommige kinderen schrikken van onze verschijning en durven nauwelijks te passeren. Als wij lachen, zwaaien en knikken komen ze toch maar weer te voorschijn.
Na 60 km fietsen, we zijn inmiddels rood harig en dragen dito kleding passeren we een guesthouse, annex restaurant, annex nachtclub. We gaan eens kijken. Een varkenshokje, geen douche en daar zijn we nu net zo hard aan toe en hartstikke duur. Hoe durven ze het te vragen. Hier hoeven de koppen niet voor bij elkaar: doorfietsen. Zomaar opeens fietsen we tegen een tweede guesthouse aan met warme douche en een bijpassende prijs. Het water moet eerst alleen nog wel even opgepompt worden. We kijken elkaar aan 'zou het wat worden?' maar inderdaad na een minuut of wat stroomt er heerlijk warm water uit de kraan en krijgen wij onze natuurlijke kleur terug.
Wat een prachtige dag!



20 maart 2014

Vat (of Wat?) Phou

Champasak

Een dagje Champasak omdat we de Vat Phu of de Wat Phou, het wordt op allerlei manieren geschreven, willen bezoeken. De ervaring heeft ons geleerd dat er vroeg in de morgen nog niet veel toeristen zijn en dat je dan dus alle tijd hebt om rustig te kijken en foto's te maken.
Om 7.30 uur staan we voor de poort. We zijn echt de allereersten. In complete rust bekijken we wat er over is van dit tempelcomplex. 


Dit is het oudste complex uit de Khmerperiode en heeft waarschijnlijk als voorbeeld gediend voor Angkor Wat. We hebben in Cambodja Angkor Wat, in Vietnam My Son en nu in Laos Vat Phu kunnen bekijken. Wat een knap staaltje bouwkunde. Het is ongelofelijk wat een gigantische complexen dit ooit zijn geweest. Helaas is ook nu weer veel beschadigd door bombardementen. In Laos zijn meer dan 270 miljoen (!!) bommen neergekomen en dat terwijl ze niets met de oorlog van doen hadden.
Het complex bestaat uit drie lagen tegen een berg 'op'gebouwd. We mogen nog via de originele trappen waarlangs de typisch Aziatische bomen groeien, naar boven klimmen. De bomen dragen nauwelijks blad en bloeien met witte bloemen. Even gegoocheld: de dok jampa, de nationale boom van Laos.


Boven hebben we een prachtig uitzicht over de vallei, zien we de bron met heilig water en ontdekken we de olifanten- en de krokodilsteen. 


Voor de verschillende tempels zijn dames druk in de weer met vlechten van allerlei offergaven van bananenbladeren die versierd worden met bloemetjes. Voorlopig zijn er nog geen kopers. We hebben het hele complex voor ons alleen. Geweldig, we kunnen in alle rust kijken, bekijken, slenteren, nog eens even terug lopen en alle tijd om een mooi plekje voor de ultieme foto te zoeken. We genieten!



Er is ook iemand bezig te vegen. Dat lijkt ons een zeer ondankbare taak. Een immens complex: geen beginnen aan!!

Heel rustig, genietend van het koele briesje fietsen we weer terug naar ons guesthouse: Khamphouy. Onderweg kopen we een watermeloen. 
Weer 'thuis' genieten we van een heerlijk bakje Laotiaanse koffie. Ons guesthouse schenkt onbeperkt onovertroffen Laotiaanse koffie en thee. We duiken in de reisgidsen, bevragen onze guesthouse'houder', speuren internet af en dat alles om te kijken hoe het gesteld is met overnachtingsadressen langs de westkant van de Mekong. Het wordt niet helemaal duidelijk. We gaan het dus meemaken, we zien wel.


We genieten van een heerlijke 'rust'middag. We lezen wat (Dolf de Vries over zijn belevenissen in Champasak - we zitten in hetzelfde guesthouse!!), doen een tukkie, slenteren wat en zitten heerlijk in de schaduw aan de oever van de Mekong!!
Als we 's avonds aan tafel schuiven worden we bediend door een zeer goed Engels sprekende dame. In net gememoreerd boek wordt gesproken over Bobby, de dochter van de eigenaar. We vragen of zij de betreffende dochter is en Bobby heet. Ja dus, we laten haar de passage zien en vertalen wat er over haar wordt geschreven. Ze is zeer verrast en vertelt een heel verhaal over haar familie en de geschiedenis van haar familie. Geweldig!! Een prachtige ontmoeting en een openhartig gesprek. 
Morgen weer 'en route'.